Op maandag 22 oktober jl. begaf ik mij naar het onhergbergzame en nauwelijks ontgonnen Bedrijvenstad Fortuna voor de eerste van vier speciale avonden voor de seizoenkaarthouders van Fortuna. Daar parkeerden wij onze auto in de garage van het stadion, dat wellicht nog maar kort het Wagner & Partners Stadion van Fortuna Sittard heet. De financiële positie van deze adviseur in financiële planning schijnt namelijk niet veel beter te zijn dan die van de gemiddelde Limburgse betaald-voetbal-organisatie. Maar elk nadeel heb zijn voordeel. Een eventueel faillissement van Wagner & Partners maakt wel de weg vrij voor een door de supporters gedroomde naam voor het stadion: het Kapsalon Willy Dullens Stadion.

Hopelijk draait die kapsalon een omzet van enige miljoenen, want de financiële positie van Fortuna is getuige het verhaal van algemeen directeur Theo Mommers nog steeds niet erg rooskleurig. Hij schetste een realistisch beeld van de situatie bij Fortuna. We hebben dan wel negen miljoen gulden bij elkaar gekregen, maar dat geld dient alleen om alle schulden weg te werken. Extra geld voor versterkingen is er niet. En de toekomst ziet er niet veel beter uit. Om mee te kunnen blijven draaien in de eredivisie, zal de begroting de komende jaren van 14 naar 22 miljoen gulden moeten groeien. En dat wordt volgens Theo Mommers een zwaar karwei.

Ik werd er een beetje somber van. Ik had mijn bedelbrief aan Nol Hendriks al klaar. Of we alsjeblieft mee mogen doen met een 1.FC Limburg. Ik probeerde hem gunstig te stemmen door te zeggen dat we best een zwarte broek aan wilden trekken, als we ons gele shirt in het kader van het behoud van onze identiteit maar mochten houden. Dat we nooit meer lelijke dingen zouden zeggen over Eric van de Luer. En dat we hemzelf ook best wel paletti vonden.

Nee, sinds het vertrek van Jack Opgenoord kom je bij Fortuna niet meer voor je plezier, peinsde ik nog. Maar mijn stemming sloeg in één klap om door een meesterzet van Theo Mommers. Hij presenteerde het organogram van de club. Ineens besefte ik dat er de laatste jaren grootse dingen zijn neergezet in Sittard. Ik zag een commercieel manager, een manager supporterszaken, een manager opleidingen, een facilitair manager en een manager sponsoring voorbijkomen. En een manager finance. Vergelijk dat eens met tien jaar geleden, toen Ger Meijers nog administrateur heette.

En toen pas had ik het in de gaten. Niet wat je doet, is van belang, maar de naam die je eraan geeft. Vroeger was een suppoost een suppoost, tegenwoordig is hij een steward. Vroeger was een toeschouwer een toeschouwer, tegenwoordig is hij een consument. Ook ik zal mijn steentje bijdragen en mijn functie bij Fortuna herwaarderen. Voortaan ben ik geen supporter meer, maar manager support.

Help manager hairstyling Willy Dullens en zorg dat het weer goed gaat met Fortuna. Ga achter je club staan en verzin ook zo’n mooie functie voor jezelf. Enige voorwaarde is dat de functie begint of eindigt met het woord manager. Als iedereen meedoet, zijn we binnen de kortste keren de club met de meeste managers. En dan wil ik nog wel eens zien wie ons een grijze muis durft te noemen!

Eigenlijk hebben we dan nog maar één manager nodig. En daarvoor wilde ik in de Trompetter of de Maas & Mijn de volgende advertentie plaatsen:

Ambitieuze bvo zoekt midfield manager voor 1,5 uur per week. Discipline en bezit van een videorecorder een vereiste. Sieraden en klatergoud niet gewenst. Lichte liesblessure geen bezwaar.

PM